. AdR. vande Vennes Tafereel van de belacchende werelt : en des selfs geluckige eeuwe, goet rondt, met by-gevoegde raedsel-spreucken, aengevesen in de boer-achtige eenvoudigheyt, op de haegsche kermis : verkiert met konst-rijcke-beeldet w d'figen' d'figen'. Ach! wat ken de Mens vcrfïnne tFy, hoe raackte wy hier binne Ongder deufe lichte-vreugt > Tijdt-verquijlingh niet en deugt»lek (ou wel een beetje ruften*Lubbert^ benjefwaarvan luften, Ofnieus-gierigh tötbegaap? Straalt je oogcn op den Aap,die foo tuymclt, Ipringt, en kog